- religieux
- religieux [rəliezĵjeu]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉, religieusement [rəliezĵjeuzmã] 〈bijwoord〉1 〈alleen bijvoeglijk naamwoord〉godsdienstig ⇒ religieus, geloofs-2 〈alleen bijvoeglijk naamwoord〉klooster-3 religieus ⇒ godsdienstig, vroom4 eerbiedig ⇒ ingekeerd, stil, religieus5 〈alleen bijwoord〉nauwgezet ⇒ stipt, scrupuleus♦voorbeelden:1 chants religieux • geestelijke gezangenmariage religieux • kerkelijk huwelijkmusique religieuse • gewijde muziek, kerkmuziekun religieux, une religieuse • monnik, non, religieus, ordesgeestelijke2 habit religieux • ordekleed4 écouter religieusement un orateur • vol aandacht luisteren naar een redenaar
Dictionnaire français-néerlandais. 2013.